De Pyrenese desman is een mollensoort die is aangepast aan het waterleven. Zijn grote achterpoten hebben zwemvliezen waarmee hij snel zwemt. Dankzij zijn scherpe klauwen heeft hij houvast op glibberige oppervlakken. Met zijn lange, spitse snuit ruikt hij uitstekend en zoekt hij ‘s nachts naar insecten, larven, krabben en kreeften. Overdag houdt hij zich schuil in rotsspleten, grotten of oude holen van woelratten. In het paarseizoen bouwt het vrouwtje een nest op de oever. Ze krijgt meerdere worpen van gemiddeld vier jongen.