De slurfspitsmuis is een klein zoogdier met een spitse snuit die uitloopt in een korte ‘slurf’. Zijn slurfje steekt hij in gaten en spleetjes, om te ruiken of er mieren, termieten, andere insecten of vruchten in de buurt zijn. Om roofvogels te vermijden schuilt hij onder struiken of rotsen of graaft hij een hol. Met zijn lange achterpoten springt hij snel van schuilplek naar schuilplek. In het paarseizoen (augustus-september) krijgt het vrouwtje meerdere worpen van telkens twee jongen. Na de geboorte rennen en springen ze meteen actief rond.