De grote mantelmeeuw is de grootste meeuw ter wereld. Hij wordt ongeveer 70 centimeter lang. Met zijn vleugels gespreid is hij ruim 150 centimeter breed. Hij is overwegend wit, met zwarte vleugels, een gele snavel en vaalroze poten. Hij vangt allerlei dieren, zoals vissen en kleine vogels. Het vrouwtje legt één keer per jaar ongeveer drie eieren. Het nest, gemaakt van plantendelen en veren, ligt op de grond. Na 45 tot 50 dagen vliegen de jongen uit. Grote mantelmeeuwen overwinteren bij zeeën en grote meren.