Het groot Tegels hert leek op het edelhert. Met 1,8 meter schouderhoogte was hij groter, maar zijn gewei was minder sterk vertakt. Het hert is vernoemd naar Tegelen, waar fossiele botten en kiezen gevonden zijn. Op kiezen uit de begintijd van de soort zitten grove slijtsporen. Ze wijzen op een dieet van twijgen en bladeren. Latere kiezen hebben fijnere krassen, ontstaan door het eten van grassen. Het lijkt erop dat het groot Tegels hert het bos verruilde voor de open vlakte.