Podiceps grisegena (Boddaert, 1783)

De roodhalsfuut is een halve meter lange watervogel. In het broedseizoen heeft hij een zwart met wit verenkleed, een oranjerode hals en geelzwarte snavel. Hij broedt op een zelfgebouwd drijvend nest tussen het riet in ondiepe, kleine wateren. Het vrouwtje legt jaarlijks zo’n drie tot vier eieren, die zij moet beschermen tegen verschillende roofvogelsoorten. In de winter trekt de fuut naar grotere meren en ondiepe kustwateren. Hij heeft dan een zwart-grijs verenkleed. De roodhalsfuut eet insecten, kleine vissen en schelpdieren.

%LABEL% (%SOURCE%)