De wezel is een klein slank roofdier met korte poten, een lange nek en kleine oren. Zijn buik is wit en zijn rug is bruin. Bij wezels in noordelijke streken wordt ‘s winters ook de rug wit. Wendbaar en snel achtervolgt hij zijn prooien, zoals konijnen, die soms veel groter zijn dan hijzelf. Alles wat hij niet direct opeet, begraaft hij in de buurt van zijn hol. Het vrouwtje paart met meerdere mannetjes en baart zo’n drie keer per jaar ongeveer vijf jongen.