Deze zeebodem is afkomstig uit een bouwput in Aalter (België). Daarin waren de Zanden van Aalter ontsloten, afkomstig uit het Lutetien (Eoceen). Een blok kleiig zand met fossielen is uitgegraven, uitgeprepareerd en met lijm verhard. De schelpen zijn voornamelijk exemplaren van de zwinkokkel Venericor planicosta (Lamarck, 1801), die rond Aalter in banken in de ondergrond voorkomt. Ook zit er een enkel exemplaar van de kokkelsoort Orthocardium subporulosum (d’Orbigny, 1850) tussen.