Een vulkaan kan tijdens een explosieve uitbarsting grote hoeveelheden brokstukken en as uitwerpen. Brokstukken groter dan 64 mm worden vulkanische bommen genoemd. Ze worden half gesmolten de lucht in geworpen en koelen af naar een vast gesteente nog voordat ze de grond bereiken. Als gevolg van draaiing in de lucht hebben ze vaak een typische vorm. Soms ontstaat een broodkorst-oppervlak (het oppervlak is dan gegroefd met scheuren) als gevolg van plotselinge ontgassing. Vulkanische bommen kunnen vele kilometers van hun bron geslingerd worden.