De lannervalk is een middelgrote roofvogel van maximaal vijftig centimeter groot met lange vleugels en een lange staart. Zijn verenkleed is aan de bovenkant grijsbruin, zijn buik is vuilwit en zijn achterhoofd is oranjebruin. Tijdens de jacht vliegt hij snel achter vogels, vleermuizen en insecten aan. Hij grijpt ze uit de lucht met zijn scherpe klauwen. Ook muizen, ratten, hagedissen en schorpioenen staan op zijn menu. In het broedseizoen legt het vrouwtje drie tot vier eieren in een verlaten boomnest of op een klif.